Erfgoed Brabant ontwikkelde in 2011 het project Jong in Brabant, een project over jongerencultuur nu en toen. Jongeren in het voortgezet onderwijs (12-13 jarigen) lieten zich inspireren door historische beelden van filmmaker Johan Adolfs over het dagelijks leven in hun dorp en maken samen met een regisseur een nieuwe film (met oude en nieuwe beelden) over hun leven in Aalst, Berkel-Enschot of Etten-Leur. In de films worden er vergelijkingen getrokken en verschillen opgemerkt over hoe het is om tegenwoordig jong te zijn en hoe dat was in de periode 1950-1970. Naar aanleiding van deze films werden verhalen verzameld over jongerencultuur van nu en toen. De verhalen werden gepubliceerd in lokale kranten en huis-aan-huisbladen. Op de website Levensloop Brabant zijn de ingekorte films van Adolfs, de nieuwe films van de jongeren en de verhalen te bekijken.

Jong in Brabant in de klas
In Jong in Brabant speelt het beeldmateriaal van Adolfs een belangrijke rol. Tussen 1950-1970 bracht hij Brabantse dorpsbewoners in beeld tijden hun dagelijkse leven en juist daardoor zijn de films een geweldige bron voor lokale geschiedenis. De oorspronkelijke films van Adolfs duren ongeveer 60 minuten. Erfgoed Brabant en het Regionaal Archief West-Brabant hebben de films ingekort tot vijftien minuten aan de hand van thema’s die interessant zijn voor jongeren zoals vrijetijdsbesteding, verenigingsleven, school, mode en straatbeelden. Met het lesmateriaal kun u met de ingekorte films van Adolfs aan de slag.
Het lesmateriaal Jong in Brabant sluit aan bij de belevingswereld en omgeving van de leerlingen uit groep 8. Leerlingen in de bovenbouw van het basisonderwijs leren graag dingen uit en over hun omgeving. Omgevingsgeschiedenis is een goede manier om te laten zien dat geschiedenis niet alleen uit boeken komt, maar overal om ons heen is. Historisch onderzoek doen in de omgeving is een vorm van actief en zelfstandig leren.

Curriculum
Het lesmateriaal is ingebed in het curriculum van het basisonderwijs. De films van Adolfs spelen zich af in het tijdvak van televisie en computer (1950-2000). Het sluit op de volgende wijze aan bij de canonvensters en kerndoelen van wereldoriëntatie in tijd en ruimte.

Canonvensters:
- Annie MG Schmidt (jaren vijftig)
- Willem Drees ( de verzorgingsstaat, vanaf jaren vijftig)
- De televisie
- Veelkleurig Nederland: geloofwaardige gebouwen (kerken, synagogen, moskeen)

Kerndoelen:
51. De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen en ze leren aanduidingen van tijd en tijdsindeling te hanteren.
52. De leerlingen leren over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en Holocaust; televisie en computer.

Lesmateriaal
Het lesmateriaal bestaat uit vier uiteenlopende suggesties voor in de klas. De vier lessuggesties verschillen sterk in het aantal lesuren dat nodig is om ze uit te voeren. Er kan een lessuggestie uitgevoerd worden of allemaal in het kader van een project over omgevingsonderwijs uit te werken.
De films van Johan Adolfs over Aalst, Berkel-Enschot, Etten-Leur en Willemstad vormen de basis van de lessuggesties. Deze films en de lessuggesties vindt u op de website.