Het grondgebied van Putte behoorde in 1247 tot het Land van Breda, dat op zijn beurt een uitgestrekt leengoed vormde van de hertog van Brabant. Na het overlijden van de laatste leenheer verdeelde hertog Jan I van Brabant in 1287 het Land van Breda in tweeën; Breda en Bergen op Zoom. Het is onzeker of Putte toen al een dorp was, maar door de splitsing viel de streek onder het gezag van Bergen op Zoom.
Nadat in 1533 de heer van Bergen op Zoom de titel van markies kreeg, behoorde het tot het markiezaat van Bergen op Zoom.
Veel van de dorpen binnen het markiezaat hadden een eigen schepenbank, die zich voornamelijk met de rechtspraak bezighield. Wanneer die te Putte werd opgericht is onbekend, al zijn er aanwijzingen dat er vanaf 1350 een eigen schepenbank fungeerde en in 1596 een keur (verzameling rechtsregels) voor Putte werd opgesteld.
Uit schriftelijke bronnen (cijnzen) blijkt dat de markies inkomsten uit Putte had, afkomstig uit pacht en de heffing van tienden (tiendschuur) op alle opbrengsten van de oogst en het vee. Ook voor de jacht en het houden van bijen had men toestemming nodig en was men belasting verschuldigd.
Als gevolg van de Tachtigjarige Oorlog vonden er in de gehele streek tussen Bergen op Zoom en Antwerpen veel verwoestingen plaats. Putte, gelegen aan de doorgaande weg van Bergen op Zoom naar Antwerpen, raakte daardoor tussen 1582-1593 geheel ontvolkt.
Bij het sluiten van de Vrede van Munster in 1648 kwam de scheiding tussen de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden tot stand. Dit had tot gevolg dat de grens dwars door het dorp Putte (thans tussen Nederlands Putte en Belgisch Putte) kwam te liggen. Tijdens de inval van de Franse troepen in 1747, waarbij Bergen op Zoom werd ingenomen, had Putte ook te lijden onder vernielingen. Na de onafhankelijkheidsstrijd van 1830-1839 bleef Nederlands Putte onder Nederlands bestuur.
Tot 1902 had het geen gemeentehuis; het gemeentebestuur vergaderde in verschillende herbergen. In latere jaren werd door huur en aankoop van een woning tot 1937 daar vergaderd. Zo kon men terecht zeggen dat Putte tot die tijd een wandelend gemeentehuis had. In 1937 werd een nieuw gemeentehuis in gebruik genomen.

Antwerpsestraat in Putte


Tijdens de Eerste Wereldoorlog was de grens tussen België en Nederland geheel gesloten, omdat Nederland neutraal bleef. Berucht in die periode was de onder stroom staande draadversperring tussen Putte-Kapellen en Kapellen.
In de Tweede Wereldoorlog werd er in de omgeving van Putte hevig gevochten en veel vernield.
Na de gemeentelijke herindeling werd het gemeentehuis eind 1996 aan een bankinstelling verkocht.

Digitale bronnen Putte